Vroeger was alles... anders: cosmetica in de loop van de tijd
“Wij hadden niets!” Afgezien van deze zin kunnen sommige cosmetische afwijkingen uit het verleden niet worden verklaard. Of zou jij vrijwillig giftige stoffen op je gezicht smeren? Welnu, er zitten tegenwoordig nog steeds controversiële actieve ingrediënten in cosmetische producten, maar loodwit?! Hoewel het de teint er elegant bleek uit laat zien, is het ook zeer giftig. Dit was bekend, maar in de 16e eeuw was bijna niemand erin geïnteresseerd, het belangrijkste was dat je gezicht behoorlijk bleek was.
Maar vanaf het begin. Het eerste bewijs van decoratieve cosmetica is te vinden in het oude Egypte. Beide geslachten hechtten belang aan het benadrukken van ogen, lippen en nagels met kleur. Deze kleuren werden voornamelijk gemaakt van natuurlijke stoffen zoals boomschors, dierlijke vetten of bijenwas, hoewel voor het verven stoffen als het mineraal cinnaber, dat nu als zeer giftig wordt beschouwd, werden gebruikt.
Overigens hebben de oude Grieken de toepasselijke naam voor de producten bedacht: cosmetica is afgeleid van ‘kosméo’, wat zoiets betekent als ‘organiseren’ of ‘versieren’. De Grieken vierden hun persoonlijke hygiëne echt en gaven zich vooral over aan baden en massages in speciaal gebouwde badhuizen. Een concept dat de Romeinen onmiddellijk overnamen. Voor hen lag de nadruk vooral op de aangename geur - het is niet echt verrassend dat ze de naam "parfum" bedachten, afgeleid van per (door) en fumum (stoom).
Met de komst van het christendom ging de persoonlijke hygiëne in Europa langzaam maar zeker bergafwaarts. Zelfs tot in de late middeleeuwen werd te veel moeite doen voor je uiterlijk als zondig beschouwd en voor jezelf zorgen raakte uit de mode. In de Renaissance ervoer cosmetica hetzelfde, maar met nogal vreemde excessen. Dit is waar bijvoorbeeld de hierboven genoemde witte voorsprong weer in het spel komt. Persoonlijke hygiëne stond vrij laag op de jaarlijkse to-do-lijst; in plaats daarvan gebruikten mensen zoveel mogelijk parfum, crème, poeder en zalf om de onaangename lichaamsdampen te verdoezelen.
Deze ‘lichaamsverzorging’ was overigens uitsluitend voorbehouden aan de adel. Het gewone volk had noch de financiële middelen, noch de tijd om zich druk te maken over hygiëne en uiterlijk. Cosmetica als massaproduct voor iedereen kreeg pas in de 19e eeuw ingang als gevolg van de industriële revolutie. Nu vond zeep zijn weg naar vrijwel elk huishouden en verschenen ook de eerste deodorants om zweet tegen te gaan. Vanaf de jaren twintig beleefde decoratieve cosmetica zoals we die nu kennen hun doorbraak. Er werd gepoederd, geborsteld en opnieuw geplukt – in alle sociale klassen. Vanaf nu had bijna elk decennium zijn eigen make-uptrend. Van de porseleinen poppengezichten uit de jaren twintig en dertig tot de extreme eyeliner uit de jaren vijftig en zestig tot het felgekleurde ‘alles mag’-tijdperk uit de jaren tachtig: een onderscheidend kenmerk is nog steeds onlosmakelijk verbonden met een bepaald decennium.
Sinds het millennium is er een trend gaande naar een terugkeer naar het gebruik van zo natuurlijk mogelijke ingrediënten. Bio, veganistisch en biologisch zijn niet alleen belangrijke kenmerken voor voeding. Olie, geneeskrachtige klei, actieve kool en zeealgen zijn momenteel populair om je teint te verfraaien. Hoewel je het ook kunt overdrijven. Een zogenaamde Geisha Facial met nachtegaaluitwerpselen voor een stralende teint is naar mijn smaak toch wel wat overdreven. Maar wat kun je doen aan schoonheid? Dit zal over 2000 jaar waarschijnlijk niet veranderd zijn.